Om de kwaliteit van het beroepsonderwijs

In het Actieplan mbo Focus op vakmanschap 2011-2015 richt het kabinet zich op het verbeteren van de kwaliteit van het beroepsonderwijs, bijvoorbeeld door het vereenvoudigen van de kwalificatiestructuur. Het plan bevat echter ook maatregelen die de herkenbaarheid en aantrekkelijkheid van het beroepsonderwijs kunnen verminderen, waarschuwt de Onderwijsraad. De raad spreekt zijn zorg uit over het inperken van de onderwijstijd die beschikbaar is voor stages. Ook vraagt hij nadrukkelijk de directe koppeling van een opleiding aan de specifieke beroepspraktijk niet uit het oog te verliezen.

De Onderwijsraad onderschrijft de inzet van het actieplan op verbetering van kwaliteit, bestuurbaarheid en aantrekkelijkheid van het beroepsonderwijs, maar meent dat er op onderdelen verbetering mogelijk is. Hiervoor doet de raad vijf aanbevelingen. 

Aanbeveling 1: houd beroepsopleidingen herkenbaar en praktijkgericht

Voor de aantrekkelijkheid van het beroepsonderwijs is de relatie met de beroepspraktijk onmisbaar. Stages zijn hierin een belangrijke schakel. Vergaande reductie van onderwijstijd die beschikbaar is voor stages kan die schakel onder druk zetten. Bovendien moet voor de student, zijn ouders en toekomstige werkgevers duidelijk zijn en blijven voor welk beroep de student is opgeleid . Bij inschrijving van de student op een meer algemeen opleidingsdomein moet zorgvuldigheid worden betracht.

Aanbeveling 2: koester de doorstroommogelijkheden in de beroepskolom

Het is van belang dat leerlingen en studenten kunnen doorstromen van het vmbo, naar het mbo en aansluitend naar het hbo. Sommige maatregelen in het Actieplan kunnen dit belemmeren. De raad  adviseert het algemeen doorstroom recht van middelbaar naar hoger beroepsonderwijs onaangetast te laten. In dat kader is het in het bijzonder van belang opnieuw te kijken naar het bekostigingssysteem om studievertraging tegen te gaan ende nominale opleidingsduur van niveau 4-opleidingen.

Aanbeveling 3: formuleer een toekomstperspectief op onderwijs aan volwassenen

Onderwijs aan volwassenen hoort bij het huidige stelsel van beroepsonderwijs en volwasseneneducatie. Hiervoor is een langetermijnvisie van de overheid op publiek bekostigd volwassenenonderwijs nodig. Vanuit deze optiek zouden voorstellen uit het Actieplan nader moeten worden overwogen, waaronder het schrappen van het voortgezet algemeen volwassenenonderwijs voor mensen van dertig jaar en ouder.

Aanbeveling 4: zet in op opbrengstgericht werken

Door middel van opbrengstgericht werken kan de kwaliteit van het beroepsonderwijs de komende jaren verder worden uitgebouwd. Dat veronderstelt dat er voor instellingen en leraren meer inhoudelijke richtpunten komen. Deze zijn er al voor de doorstroomrelevante vakken Nederlands en rekenen/wiskunde; daarnaast komen er centrale mbo-examens voor Engels. Verkend zou moeten worden of daarnaast richtpunten voor andere vakgebieden mogelijk zijn. Ook adviseert de raad om na te gaan in hoeverre de examens voor beroepsgerichte vakken nader kunnen worden genormeerd en geëquivaleerd, zodat mbo-diploma’s aan waarde winnen.

Aanbeveling 5: zorg voor een realistische invoering

De invoering van het Actieplan kan worden bespoedigd door instellingen inzicht te geven in de pakketten wet- en regelgeving die zijn aangekondigd en door instellingen de tijd te geven de nodige aanpassingen door te voeren. Het aangekondigde uitvoeringsprogramma moet in termen van taken en verantwoordelijkheden een duidelijke plaats krijgen en aansluiten bij het zelfregulerend vermogen van de sector, instellingen en professionals.

Ten slotte adviseert de raad meer te investeren in de professionaliteit van het onderwijzend personeel in het beroepsonderwijs. Deze aanbeveling wordt niet uitgewerkt in dit rapport, omdat hierover tegelijk met deze reactie op het Actieplan apart het advies Goed opgeleide leraren voor het (voorbereidend) middelbaar beroepsonderwijs.